Smelt de boter in een pannetje (niet bruin laten worden).
Voeg de basterdsuiker en gecondenseerde melk toe en roer tot de suiker volledig is opgelost. Voeg een snuf zout toe.
Zet het vuur hoog en breng het geheel, onder regelmatig roeren, aan de kook. Laat een paar minuten flink doorkoken (vergeet niet te roeren!). Draai het vuur laag en laat zachtjes pruttelen tot je karamel wat dikker en lobbig is. (dit kun je checken door enkele druppels van je spatel in de karamel te laten vallen, als deze een tijdje zichtbaar blijven is de karamel klaar)
Giet de karamel op de bodem in je bakvorm en gebruik een spatel of lepel om deze gelijkmatig te verspreiden.
Zet in de koelkast om af te koelen.